Levering van reserve-onderdelen voor F-35’s stuit op kritiek

Het is een bron van lokale trots: het Europese distributiecentrum voor de F-35 in Woensdrecht, in Zuidwest Brabant. ‘Vliegbasis Woensdrecht speelt in de Champions League’, kopte dagblad BN De Stem, dat in 2019 een kijkje mocht nemen in het gloednieuwe logistieke centrum. Drieduizend vierkante meter aan opslagruimte voor reserve-onderdelen voor F-16 straaljagers, Apache, NH90 en Chinook-helikopters en – steeds belangrijker – de F-35.

In 2017 koos het Amerikaanse ministerie van Defensie Nederland als één van de drie locaties van waaruit reserve-onderdelen voor de F-35 zullen worden verdeeld. De toekenning was de beloning voor de actieve Nederlandse deelname in het F-35 programma. In 2002 investeerde Nederland 800 miljoen dollar in wat toen nog de Joint Strike Fighter (JSF) heette. In ruil voor de deelname aan de ontwikkelingsfase van de JSF zou het Nederlandse bedrijfsleven miljardenorders tegemoet kunnen zien, zo beloofde het kabinet. Ruim twee decennia later wordt de bevoorrading van zo’n 500 F-35 gevechtsvliegtuigen in de Europese regio verzorgd door het Nederlandse bedrijf OneLogistics vanaf het logistieke centrum op Vliegbasis Woensdrecht.

Bouten en moeren

Slechts weinigen zullen zich destijds hebben gerealiseerd dat de distributie van bouten en moeren voor het F-35 gevechtsvliegtuig op gespannen voet zou komen te staan met het Nederlandse wapenexportbeleid.

Nu heeft de oorlog in Gaza het distrubutiecentrum in Woensdrecht ineens in het middelpunt van de belangstelling gebracht. Ook Israël betrekt de reserve-onderdelen voor zijn F-35 vloot uit Nederland. Net als de andere partners doen de Israëli’s dat onder een algemene exportvergunning met nummer NL009: ‘Uitvoer en doorvoer naar partijen aangesloten bij het F-35 Lightning II programma’. Dit betekent dat het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken niet voor elke levering een aparte vergunning hoeft af te geven.

In de dagelijkse praktijk gaat er een voortdurende stroom aan onderdelen vanuit de VS en andere landen (ook van Nederlandse makelij) naar Woensdrecht, en van daaruit richting Tel Aviv.


Lees ook
Nederland blijft Israël F35-onderdelen leveren ondanks waarschuwing schending oorlogsrecht

Een Israëlisch F-35-gevechtsvliegtuig, tijdens een afstudeerceremonie op Hatzerim luchtmachtbasis, in 2019.

Raketten en hacksoftware

De vraag is echter of Nederland daarmee niet ingaat tegen het eigen wapenexportbeleid. Daarin staat dat de export van militaire goederen bijna altijd wordt afgewezen indien het ontvangende land „de mensenrechten of het internationaal humanitair recht” schendt. Ambtenaren van het ministerie van Buitenlandse Zaken vreesden dat daarvan mogelijk sprake is, nu de Israëlische luchtmacht massale bombardementen uitvoert op het dichtbevolkte Gaza, waarbij volgens het door Hamas gecontroleerde ministerie van Volksgezondheid al ruim 10.000 Palestijnen om het leven zijn gekomen. In een advies aan de demissionaire ministers Hanke Bruins Slot (Buitenlandse Zaken, CDA) en Liesje Schreinemacher (Buitenlandse Handel, VVD) waarschuwden ambtenaren voor het risico dat met de F-35’s waarvoor Nederland onderdelen levert „ernstige schendingen van het humanitair oorlogsrecht” worden begaan. Toch besloten de bewindslieden niet in te grijpen – de politieke schade van het stóppen van de export zou te groot zijn.

Van oudsher is Nederland een van Israëls trouwste bondgenoten. Bovendien is Israël een belangrijke partner op veiligheidsgebied: of het nu gaat om inlichtingen of om wapens.

Zo kocht Nederland Israëlische Spike LR antitankraketten en worden de CV90-pantservoertuigen gemoderniseerd met het Israëlische ‘Iron Fist’-systeem dat antitankraketten kan uitschakelen. Defensie is bovendien van plan om voor 305 miljoen euro Israëlische Puls raketartillerie aan te schaffen – en dus niet het Amerikaanse Himars-systeem, dat furore maakte in Oekraïne. De producent van de Puls-raketten, het Israëlische defensieagglomeraat Elbit, leverde ook de tapkamers voor de Nederlandse politie, waar overigens al jaren grote technische problemen mee zijn. Israël loopt ook voorop in de ontwikkeling van hacksoftware, waar ook de Nederlandse AIVD graag gebruik van maakt.

De Nederlands-Israëlische banden op veiligheidsgebied zijn zó innig dat beide landen in 2021 een verdrag sloten over de juridische status van militairen op elkaars grondgebied, een zogeheten Status of Forces Agreement (SOFA). Het verdrag moet het makkelijker maken om militair samen te werken, zoals bij het wederzijds gebruik van elkaars oefenterreinen, of bij de uitwisseling van kennis.

Het afgelopen jaar werd het verdrag door de Tweede Kamer geratificeerd, de Eerste Kamer moet er nog over stemmen.

Het bedrijfsleven is al een stap verder. Een dochteronderneming van Elbit is al jaren gevestigd op Vliegbasis Woensdrecht. Het bedrijf doet het onderhoud van F-16’s en F-35’s – ook van Nederland.